About the album
We present the second volume of Lucy Carolan's recordings of Bach's keyboard music consisting of works from Volumes two, three and four of his "Clavierübung". Volume two contains the popular Italian Concerto and French Overture and concentrates on the number "two" - two pieces, two keys, two modes, two nations (Italy and France) and a two-manual harpsichord.
The Italian Concerto is unique: a wholly original solo keyboard work written as if "transcribed" from a string original to which Bach adds strikingly new ideas expressly suited for harpsichord. Bach had acquired his knowledge of Italian repertoire early on by transcribing Vivaldi violin concertos for solo harpsichord around 1712-13.
The contrasting French Overture contains lighter dances from the court of Louis XIV such as the gavotte, the passepied and bourrée - all are dance forms which had been familiar to Bach from his childhood.
The record also includes duets from volume three and the Chromatic Fantasia and Fugue which, although unpublished during Bach's lifetime, became an inspiration to subsequent generations of composers.
Het tweede volume van Carolans opnames van Bach
Het tweede volume van Lucy Carolans opnames van de klaviermuziek van Bach bevat werken uit het tweede, derde en vierde deel van zijn Clavierübung. Het tweede deel bevat het populaire Italiaanse Concert en de Franse Ouverture. Het nummer twee staat centraal op dit album: twee werken, twee toonsoorten, twee modi, twee naties en een klavecimbel met twee klavieren.
Het Italiaanse Concert is uniek, het is een volledig origineel werk voor soloklavier, geschreven alsof het getranscribeerd was van een origineel voor strijkers waaraan Bach opvallende nieuwe ideeën die uitdrukkelijk geschikt zijn voor het klavecimbel had toegevoegd. Bach verwierf zijn kennis van het Italiaanse repertoire al vroeg door rond 1712-1713 vioolconcerten van Vivaldi te transcriberen voor solo klavecimbel.
De contrasterende Franse Ouverture bevat lichtere dansen van het hof van Lodewijk XIV, zoals de gavotte, de passepied en de bourrée, allen dansvormen waarmee Bach in zijn jeugd al bekend was. Ook dit werk kan beschouwd worden als klaviertranscriptie van een orkestwerk, ook al is het zeer onwaarschijnlijk dat een orkestraal origineel bestaat.
Het album bevat daarnaast duetten uit deel drie van de Clavierübung en de Chromatische Fantasie en Fuga die een inspiratiebron werd voor latere generaties van componisten, ook al werd het werk tijdens Bachs leven niet gepubliceerd.